Skip to content

Emmeloord 2 Traditional Geocache

This cache has been archived.

hugoboss01: Hallo,

De mooie verstop plaats is vernield en verdwenen;

Team Hugoboss01

More
Hidden : 2/28/2014
Difficulty:
1.5 out of 5
Terrain:
1 out of 5

Size: Size:   micro (micro)

Join now to view geocache location details. It's free!

Watch

How Geocaching Works

Please note Use of geocaching.com services is subject to the terms and conditions in our disclaimer.

Geocache Description:

In Emmeloord 1 hebben jullie een stukje geschiedenis kunnen lezen over Emmeloord.

Nu gaan wij stap voor stap door Emmeloord om eens de wijken te bekijken.


Centrum

Geschiedenis
Het centrum van Emmeloord is in de jaren vijftig ontstaan. Van de Lange Nering, nu de winkelstraat, is een eerste aanzet gemaakt. De flats (Het Anker, De Boei, De Meerpaal, De Tros en De Ketting) zijn voor de Lange Nering gebouwd. Deze flats hebben de namen gekregen die betrekking hebben op de scheepvaart. De Flats worden in navolging De Ketting in 2015 gesloopt. Toen de stadsgracht werd ontgraven, kon men het uitkomende zand namelijk volledig gebruiken voor de aanleg van wegen en dergelijke.

Locatie
De woningen liggen rondom de winkelstraat en in het hart van Emmeloord.

De wijk
De woningen zijn rondom het centrum van Emmeloord gebouwd. De woningen in het centrum zijn voornamelijk maisonnette- en portiekwoningen. Maisonnette is een meergezinswoning. Deze woningen worden ook wel de zogenaamde “twee-op-één-woningen” genoemd. De woningen boven de winkelstraat zijn voornamelijk in particulier beheer.

Voorzieningen
De Lange Nering is het winkelcentrum van Emmeloord. Verschillende soorten winkels zijn hier gevestigd zoals keurslager, kledingzaken, audiowinkels, supermarkten, dierenwinkels, boekenhandels, bakkerijen etc.

Onkruidbuurt

De oudste wijk van Emmeloord.
De naamgeving van de straten is vernoemd naar het onkruid dat voorheen zo welig tierde en welk met man en macht diende te worden uitgeroeid.
Zeeasterstraat, Rietstraat, Moerasandijviestraat, Duizendknoopstraat, Distelstraat, Zeebiesstraat, Meldestraat, Hoefbladstraat en Muurstraat.
Een echte onkruidbuurt.

De naam Moerasandijviestraat is wel erg uniek en origineel in Nederland.

 Bron: Landschapsbeheer Flevoland, interview van Willy Heukers-ten Bosch met mevrouw Engelien Wagenaar-Damstra, 1 december 2008.

Het volk was hier gescheiden hoor. Arbeiders en mensen die bij de Directie werkten, woonden in de Rietstraat.
De ambtenaren in de Zeeasterstraat.
En in de Lisdoddestraat, wat later de Espelerlaan werd, woonden de boeren die op een boerderij wachtten.
En dat was ook zo bij de Plattelandsvrouwen.
Mijn moeder wilde nooit bij de Plattelandsvrouwen, want daar kwamen, vooral in het begin, meest boerinnen. Die hadden het hart een beetje hoog, die voelden zich veel meer. Dat is nu niet meer zo hoor. Ik heb lak aan zoiets. Het zal mij een zorg zijn of het een boerenvrouw of een doktersvrouw is die naast me zit. Het is heel erg geweest in het begin. Je ging niet met iemand uit die andere straten om. Ik vond dat heel erg, maar goed, ik heb het overleefd.

Bomenbuurt

Aan de oudste zijde van de Espelerlaan heten de straten naar planten die men in de begintijd van de polder met man en macht trachtte uit te roeien; aan de andere zijde dragen de straten de namen van bomen en struiken die juist zijn aangeplant om de ontstane kaalslag weer wat op te fleuren.
Cultuur naast natuur; de Lijsterbesstraat, de Jasmijnstraat, de Meidoornstraat, de Abelenlaan, de Acacialaan, de Berkenlaan, de Lindelaan, de Peppellaan, de Wilgenlaan en de Goudenregenstraat zijn genoemd naar bomen en heesters die overwegend voor de beplanting van deze straten zijn gebruikt.

De Abelenlaan heeft, voor zij op 21 juni 1948 haar definitieve naam kreeg, een jaar lang de Kastanjelaan geheten.

De naam Goudenregenstraat was oorspronkelijk bedoeld voor de Koningin Julianastraat, maar omdat deze straat een wijk afsluit, moest het een neutrale naam hebben.
In het kroningsjaar 1948 kreeg deze straat de naam van het staatshoofd.


De Goudenregenstraat ging daarna naar de straat achter het postkantoor. In 1990 zijn de wilgen in de Wilgenlaan vervangen door essen, en nog even is overwogen of dat niet zou moeten leiden tot een naamsverandering, maar daar is toch maar vanaf gezien.

Overigens staan aan de Wilgenlaan inmiddels geen wilgen meer, maar essen.
Recent is het verzoek van een kantoor aan de Abelenlaan, om de bomen te mogen kappen omdat deze in de herfst zoveel blaadjes op de grond laat vallen, afgewezen

Plannenmakersbuurt

 Deze wijk draagt de namen van personen die verbonden zijn geweest aan het ontwerp en drooglegging van de Zuiderzee.

Kloppenburgstraat, Faddegonstraat, Van Diggelenstraat, Beijerinkstraat, Stieltjesstraat, Leenmanstraat, Professor Huetstraat, Wenmaekersstraat, Jonkheer Opperdoes Alewijnstraat, Kooystraat, Bumalaan, Professor ter Veenstraat, Professor Lorentzstraat, Leeghwaterstraat en Hendrik Stevinnlaan

Plan Kloppenburg en Faddegon
In 1848 lanceerden J. Kloppenburg en P. Faddegon het eerste in de reeks plannen die zouden leiden tot de uiteindelijke Zuiderzeewerken. Beide heren hadden echter geen verstand van water, Kloppenburg was zeepfabrikant en Faddegon was werktuigbouwkundige. Ze gingen in hun plannen dan ook niet in op de techniek van het droogleggen van de gebieden. Het plan omvatte het droogleggen van het IJ en het grootste deel van de Zuiderzee. Deze zou afgesloten worden door een dijk van Enkhuizen naar Stavoren. In het drooggevallen gebied diende een nieuw kanaal aangelegd te worden om Amsterdam met de zee te verbinden. Het plan hield geen rekening met de waterafvoer van de IJssel en was daarom onhaalbaar.

Plan Van Diggelen
Een jaar later, in 1849, stelde Ir. B.G.P. van Diggelen een nog ambitieuzer plan voor. Niet alleen zou de Zuiderzee ingepolderd worden, maar ook flinke delen van de Waddenzee, waarnaar hij in 1845 en 1846 op verzoek van de Friese Commissaris van de Koning onderzoek had gedaan. Van Diggelen, een praktisch man met grote aandacht voor de sociale noden van zijn tijd, had wel rekening gehouden met de afwatering van de IJssel.

Hij had namelijk eerder, in zijn woonplaats Zwolle, zich al ingespannen voor verbetering van de Overijsselse en Drentse scheepvaartverbindingen met de Zuiderzee. Wat tenslotte had geleid tot de aanleg van beschermende strekdammen nabij het huidige Keteldiep (zie Kraggenburg), en door na-ijver van anderen helaas ook tot zijn politiek echec en tot de Tweede Parlementaire Enquête (1855). Het plan Van Diggelen stond ten gevolge daarvan lange tijd niet in de belangstelling tot in de jaren '60 van de 19e eeuw de waterkering problematisch werd en door stijging van de grondprijzen de interesse in landaanwinning toenam.

De ingenieurs T.J. Stieltjes en J.A. Beijerinck bekeken het plan en kwamen tot de conclusie dat het technisch en financieel onhaalbaar was

Plan Beijerinck
Inpoldering van het ondiepe zuidelijke deel van de Zuiderzee zou echter wel haalbaar zijn. Beijerinck stelde in 1865 een eigen plan op. Met een afsluitdijk van Enkhuizen over Urk naar het Keteldiep bij Kampen zou het zuidelijk deel van de Zuiderzee afgesloten worden en vervolgens zou het met stoommachinerie drooggelegd worden. Het plan Beijerinck werd uiteindelijk afgekeurd doordat de Raad van Waterstaat tot de conclusie kwam dat het project financieel te weinig opbracht.

Plan Stieltjes
De raad liet echter wel de mogelijkheid open dat een beter opgesteld plan wel een concessie zou krijgen. Stieltjes probeerde het plan Beijerinck te verbeteren en stelde bredere boezemkanalen voor de afwatering voor. Verder voorzag zijn plan in een kanaal van het IJ naar de Ketel, de Zuidelijke IJsselmonding.

Plan Leemans
Het eerste plan dat serieus overwogen werd uit te voeren, kwam van Ir. W.F. Leemans. Leemans kreeg direct van de regering opdracht een plan op te stellen om de Zuiderzee droog te leggen. Het plan van Leemans was beperkter dan dat van Stieltjes, Urk zou een eiland blijven. De Zuiderzee zou afgesloten worden met een dijk van Blokkershoek naar de Ketel. In 1877 werd een wetsvoorstel ingediend om het plan Leemans uit te voeren, maar een volgende regering trok het weer in.

Plan Opperdoes Alewijn
Het plan Opperdoes Alewijn en Kooy (1870-1873) voorzag in een Afsluitdijk tussen Wieringen en Friesland, in combinatie met een aantal bedijkingen, zo ongeveer van de latere Wieringermeer en het gebied ten oosten van de lijn Stavoren-Keteldiep.

Plan Stevin

De eerste plannenmaker was Hendric Stevin. In het Twaalfde Boek van zijn Wisconstich Filosofisch Bedrijf uit 1667, stelde hij voor om “het geweld en vergif der Noordzee uytter Verenigt Nederland te verdrijven”. Zijn plan was de Noordzee van de Zuiderzee te scheiden door dammen met sluizen aan te leggen tussen Ameland en Friesland, en tussen de verschillende Waddeneilanden. Tot “bevordering van de Zeevaert der Grootste stad Amsterdam” wilde hij deze stad door middel van een kanaal met de Noordzee verbinden. Technische middelen ontbraken echter in de zeventiende eeuw om dit plan uit te voeren. Pas in 1848 kwamen Kloppenburg en Faddegon met een nieuw plan voor de afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee.

Plan Buma
A. Buma, lid van de Tweede Kamer en Fries van geboorte, diende in 1882 een wetsontwerp in, waarin de afsluiting en inpoldering van de hele Zuiderzee en de Waddenzee zou worden onderzocht. Buma wilde dit onderzoek omdat veel waterstaatsingenieurs beweerden dat een droogmaking van de gehele Zuiderzee technisch en financieel onhaalbaar was. Zij vonden dat de monding van de IJssel buiten de indijking moest worden gehouden. In Noord-Holland, Friesland en Overijssel bestond echter grote weerstand tegen het alleen maar droogmaken van het zuidelijke deel van de Zuiderzee. Dit zou leiden tot hoge waterstanden en zo mogelijk tot overstromingen elders langs de Zuiderzee en de Waddenzee. In de noordelijke provincies voelde men daarom meer voor het plan, dat Van Diggelen in 1849 al had gepubliceerd.
Het wetsontwerp van Buma stuitte op veel verzet. Buma trok zijn wetsontwerp weer in, maar was nog niet uit het veld geslagen. Zou het onderzoek niet door de Staat kunnen worden uitgevoerd, dan moesten particulieren dit maar doen. Buma nam daarom het initiatief tot de oprichting van de Zuiderzeevereniging.

Plan Kooy
In 1870 was er het plan van Kooy die een plan neerlegde dat voor het eerst een afsluitdijk van Wieringen naar Friesland voorzag en verder vrij bescheiden was met kleine inpolderingen langs de Zuiderzeekust. Het plan Kooy werd hartstochtelijk gesteund door de waterschapsbesturen van Noord-Holland, Friesland en Overijssel die het grote zoetwaterbekken dat zou ontstaan wel zagen zitten.

Veel succes met het vinden en loggen van deze cache.

Let op!! Het kan hier best druk zijn.

Additional Hints (Decrypt)

Mjnegr qbc.

Decryption Key

A|B|C|D|E|F|G|H|I|J|K|L|M
-------------------------
N|O|P|Q|R|S|T|U|V|W|X|Y|Z

(letter above equals below, and vice versa)