Kamp
Molengoot
Het Rijkswerkkamp Molengoot lag in Collendoorn aan de weg van Hardenberg
naar Lutten. Het bood plaats aan maximaal 192 arbeiders.
1940 - Maart 1942
In het begin van de oorlog waren de eerste arbeiders die er tewerkgesteld werden werkloze mannen uit Den Haag en Scheveningen. Ze verrichtten spit- en graafwerk voor de Heidemaatschappij aan het afwateringskanaal De Molengoot.
April 1942 - Oktober 1942
Op 25 april 1942 kwam een grote groep joodse dwangarbeiders in Molengoot aan. Op 2 en 3 oktober 1942 werden al de werkkampen in een landelijke actie leeggehaald en werden de mannen, onder het mom van gezinshereniging, naar Westerbork getransporteerd. De achtergebleven gezinsleden werden van huis gehaald en bij hun mannen en vaders gevoegd. De gezinshereniging was van korte duur. Enkele dagen na aankomst is vrijwel iedereen (ruim 12.000 personen) doorgestuurd naar de vernietigingskampen.
November 1942
Na het vertrek van de joden heeft Molengoot dienst gedaan als opvangkamp voor families uit Rotterdam en Den Haag, van wie de woningen waren gebombardeerd of door de nazi's afgebroken. De eersten kwamen een maand na het vertrek van de joden in het kamp aan.
1945-1953
Vlak na de oorlog werden NSB-ers in de barakken geïnterneerd. Ook hebben in Molengoot nog repatrianten uit Nederlands-Indië gewoond.
1953-1970
Kamp Molengoot werd Gezinsoord De Molengoot (later Gezinsoord Overijssel) en diende als lokatie voor de heropvoeding van "onmaatschappelijke gezinnen" uit de provincie Overijssel. Op het terrein kwam een woonschool, waar deze sociaal zwakkere gezinnen werd geleerd hoe ze een huishouden moesten bestieren.
In 1970 werd de stichting Gezinsoord Overijssel opgeheven. Vlak daarna werd het kamp gesloten en ontmanteld.
Wat nu nog rest is een klein bos op het voormalige kampterrein.
In 2000 is hier ter nagedachtenis aan de joodse mannen een monument onthuld.
Beeldend kunstenaar Kees Huigen heeft rondom een zwerfkei geprobeerd het leven, de dwangarbeid en het lijden van de dwangarbeiders van Molengoot uit te beelden.
De zwerfkei staat voor de omzwervingen van het joodse volk.
De kei rust ook als symbool van onderdrukking op een plein in de vorm van een davidster.