“Op een maandag den 7 Juli
Omtrente ene ure of half twee nademiddag van 't jaer 1669 sloegh de
blixem voor de darde mael op de Sunte Michielstoren, recht onder de
pijnappel in de spitse. Ende in vier uren tijds heeft de brandt de
schoone spitse, gelijck ene keerse, tot op het muurwerk
vernield.”
Op de hoek van de Voorstraat en de Luttekestraat, tegenover de
grote Sint Michaelskerk, staat een pand met op de gevel de naam 't
Hondje en het jaartal 1669. Vrij hoog in de zijgevel zit een kleine
gevelsteen met de beeldtenis van een hondje. Dit hondje, of op z'n
Zwols: huntie, zou het enige slachtoffer zijn geweest toen de hoge
toren van de kerk in 1669 neerstortte. Maar het kan ook zijn dat
het juist levend onder het puin vandaan kwam. Niemand weet het
precies. In 1998 werd 't Hondje door brand verwoest, maar het
stenen huntie ging gelukkig niet verloren. Na een restauratie van
het pand in 2000 werd de steen weer teruggeplaatst. De kerk is
sinds 1669 torenloos.