De Wijk is ontstaan in de Middeleeuwen, toen op de droge plaatsen in de veenmoerassen langs de Reest zich boeren vestigden. In 1325 werd het klooster van Ruinen verplaatst naar Dickninge en dit heeft een grote invloed gehad op de ontwikkeling van het dorp. Ook de havezaten de Havixhorst en Dunningen zijn in dit opzicht van belang geweest. In 1672 werd door vijandige plunderende troepen alles rondom de Havixhorst verwoest en werd de kloosterkerk van Dickninge gesloopt. Ook ging de Dickninger molen in vlammen op. Tot 1750 groeide het Kerspel De Wijk door ontginningen, en de rundveestapel groeide mee. In 1811, in de Franse tijd, werd er een herindeling ingevoerd en ontstond de gemeente De Wijk, waartoe ook Koekange, Oshaar, de Schiphorst en de Stapel gingen behoren. Vooral na de Tweede Wereldoorlog is het dorp door nieuwbouw sterk uitgebreid.