De vrouw keek hen aan en schudde het hoofd. Arme stakkers, zei ze,
waarom moesten jullie hier aankloppen, dit is het huis van de reus,
en die reus is een menseneter. Maak maar snel dat je weg komt, want
anders eet hij jullie op. De kleinste van de kinderen vroeg aan de
vrouw of ze hen niet kon verstoppen. Kom maar binnen zei ze. De
kinderen kregen wat soep toen er op de deur gebonsd werd. Dat is de
reus zei de vrouw, vlug allemaal onder het bed. De stem van de reus
bulderde, ik ruik mensenvlees.
Aantal woorden = 2
A = Waarde van 5de - 9de letter
Het meisje had het naar haar zin bij de oude vrouw. Werken kon ze
goed en netjes, dat had ze bij haar stiefmoeder wel geleerd. Het
bed schudde ze met zorg op. De kinderen hadden nog nooit zo lang
sleetje gereden en sneeuwmannen gemaakt als dat jaar.
Aantal woorden = 2
B = Waarde van 1ste - 4de letter
De volgende ochtend verscheen de prinses met een niet al te vrolijk
gezicht aan het ontbijt. De oude koning viel het niet op, maar de
prins keek haar verbaasd aan. De koningin vroeg, hebt u niet goed
geslapen? Om eerlijk te zijn, ik heb geen oog dicht gedaan. Was het
bed niet goed? Ik neem aan van wel zei de prinses, maar wat er
onder het matras lag begrijp ik niet.
Aantal woorden = 5
C = Waarde van 16de - 6de letter
De ezel zette zijn voorpoten op de vensterbank en keek naar binnen.
Haast even snel liet hij zich weer op zijn vier poten terug vallen.
Wat heb je gezien? vroeg de hond. Een tafel vol eten, zei de ezel.
Wat heb je nog meer gezien? vroeg de kat. Een aantal mannen die aan
tafel zaten zei de ezel. En wat waren dat voor mannen? vroeg de
haan. De ezel wachtte even en zei toen: het konden wel rovers
zijn.
Aantal woorden = 3
D = Waarde van 18de - 12de letter
Ze lieten zich aandienen bij de keizer en maakten hem wijs dat ze
kunstwevers waren die stoffen konden weven mooier dan de keizer ze
ooit in zijn leven gezien had. Met heerlijke kleuren en prachtige
designs. Het merkwaardige van deze stoffen zou volgens de beide
wevers zijn, dat alleen mensen die goed werkten en een helder
verstand hadden ze konden zien.
Aantal woorden = 6
E = Waarde van 4de - 16de letter
De molenaarsdochter bleek een leuk meisje en de pannenkoeken die ze
gebakken had waren werkelijk bijzonder lekker. De koning at er wel
zeven of acht en daarna klopte hij het meisje op de schouder.
Voortreffelijk, zei hij, werkelijk voortreffelijk, kan je andere
dingen ook zo goed? Het meisje durfde niets te zeggen, maar haar
vader was er trots op dat de koning de pannenkoeken zo lekker vond
en hij zei in haar plaats: mijn dochter, majesteit? Dat is compleet
een wonder. Ze kan letterlijk alles. Ze kan van stro wel goud
spinnen.
Aantal woorden = 1
F = Waarde van 6de - 12de letter
De jongen wachtte tot hij zag dat de waard bijna bewusteloos was en
vroeg toen: Waar heb je het tafeltje en de ezel van mijn broers
gelaten? Die zal ik teruggeven huilde de waard, maar laat die
knuppel dan ophouden. De jongen dacht ook dat de man wel genoeg had
gehad, en riep: knuppel in de zak! De waard strompelde de trap af
en kwam terug met het tafeltje, de ezel had hij maar beneden laten
staan.
Aantal woorden = 3
G = Waarde van 4de - 8ste letter
De kat zei: over enkele minuten komt het rijtuig van de koning
voorbij, trek snel je kleren uit en spring in de rivier. De jongen
aarzelde maar de kat drong aan, vooruit, het komt wel goed. Toen
het rijtuig van de koning eraan kwam sprong de kat voor het rijtuig
en riep: help, help, de markies van Carabas verdrinkt.
Aantal woorden = 3
H = Waarde van 14de - 12de letter
De schat ligt op:
N 52° 0A.BCD
E 004° 1E.FGH
Succes met de puzzel en met het zoeken naar de schat. De dwergen
zullen jullie helpen.