Gemaal Lovink
Het Gemaal Lovink is genoemd naar dr. H.J. Lovink (1866-1938), die voorzitter was van de Staatscommissie, die de landbouwkundige en economische kant van de inpoldering heeft behandeld. Nadien was hij voorzitter van de Commissie van Advies voor de proefpolder nabij Andijk (N.H.).
Het elektrisch Gemaal Lovink bemaalt met twee pompen de hoge afdeling van de beide polders en is in 1957 in gebruik genomen.
De pompen
De pompinstallatie bestaat uit twee verticale centrifugaalpompen, met elk een toerental van ca. 110 omwentelingen per minuut. De pompen hebben elk een capaciteit van 580 m3/ per min. bij een opvoerhoogte van 5 meter. Het aantal maaluren per pomp bedraagt 2.900 3.200 per jaar.
De motoren
De pompen van het gemaal worden aangedreven door twee verticale draaistroommotoren met kortsluitanker van elk 900 pk (660 kW) bij 3.000 Volt. Beide motoren zijn voorzien van een eigen transformator, die de spanning van 10.000 Volt omzet in 3.000 Volt. Voor de hulpwerktuigen is een hulptransformator van 27 kW opgesteld met een secondaire spanning van 220/380 Volt.
In een afgescheiden gedeelte van de machinehal is een verdeelbatterij voor de transformator opgesteld, evenals een hulpgenerator, die bestaat uit een dieselmotor met een direct gekoppelde compoundgenerator. Deze generator kan bij eventuele stroomuitval worden omgeschakeld op de genoemde verdeelbatterij.
Informatie over het kunstwerk de Blauwe dromer.