Mercurius is de dichtst bij de zon staande en tevens kleinste planeet in ons zonnestelsel. De planeet is vernoemd naar de Romeinse god Mercurius vanwege de snelle draai om de zon. Net als de Aarde is het een terrestrische planeet met een vast oppervlak dat veel overeenkomsten vertoont met dat van de Maan. Opmerkelijk is dat deze kleine planeet een vrij sterk magnetisch veld vertoont. Mercurius heeft geen manen.
Baan
Van alle planeten in ons zonnestelsel beschrijft Mercurius de baan met de grootste excentriciteit (e=0,21). De afstand tot de zon schommelt zo tussen 46 en 70 miljoen kilometer. De verhouding in duur tussen jaar en dag bedraagt als gevolg van spin-baanresonantie 3:2, en blijft stabiel door de excentriciteit van de baan van Mercurius: tijdens perihelium, wanneer de getijdenwerking van de zon het sterkst is, staat de zon vrijwel stil aan de Mercuriushemel.
Het baanvlak van Mercurius helt 7° ten opzichte van het baanvlak van de aarde. De as van Mercurius helt maar 0,027° ten opzichte van een loodlijn op het baanvlak. Dat is de kleinste hoek van alle planeten. Dit betekent dat voor een waarnemer op een van Mercurius' polen het midden van de zon nooit meer dan 2,1 boogminuten boven de horizon uitkomt.
Op minder dan vier dagen van het perihelium is de rotatiesnelheid van Mercurius in zijn baan hoger dan zijn rotatiesnelheid om de eigen as, waardoor het op sommige plaatsen kan, dat de zon opkomt, omkeert en weer ondergaat en dan opnieuw opkomt.
In de 19e eeuw had Urbain Le Verrier al opgemerkt, dat de baan van Mercurius geen ellips was zoals wetten van Kepler voorschrijven vanuit de wetten van Newton, maar dat de baan een rozet beschrijft. Er treedt precessie op van het perihelium, dat 42,98 boogseconden vooruit loopt per eeuw. Een volledige rozet duurt dus 12 miljoen omwentelingen. Een verklaring hiervoor leverde Albert Einstein met zijn algemene relativiteitstheorie. Het verschijnsel komt ook bij andere planeten voor, maar in mindere mate (3,84" per eeuw voor de Aarde bijvoorbeeld).
Temperatuur en zonlicht
Mercurius kent enorme temperatuurverschillen tussen dag en nacht. Overdag is de temperatuur 430 graden en `s nachts -180 graden. De oorzaak hiervan ligt in de rotatietijd: een aswenteling duurt 58 aardse dagen (2/3 van de omlooptijd). In combinatie met de omloop om de zon in 88 dagen duurt één dag op Mercurius ruim 176 aardse dagen. Vroeger dacht men dat de rotatieperiode ook 88 dagen bedroeg. Het verschil tussen de gemiddelde dag- en nachttemperatuur bedraagt zo'n 500 °C. Ter vergelijking: op aarde schommelt dat tussen de 5 en 20 °C. De hoogte van de maximumtemperatuur komt door de relatief korte afstand tot de zon en de grote verschillen door het (vrijwel) ontbreken van een atmosfeer. Het zonlicht op Mercurius' oppervlak is ongeveer negen keer zo intens als op aarde omdat Mercurius drie keer zo dicht bij de zon staat.
Atmosfeer
De atmosfeer van Mercurius is erg ijl, 10−12 bar en bestaat voornamelijk uit sporen van zuurstofgas, natrium en waterstofgas die snel naar de ruimte ontsnappen. De verblijftijd van een natriumatoom in de atmosfeer bedraagt drie uur. Dit verlies wordt continu gecompenseerd door de zonnewind die wordt ingevangen door het magnetisch veld en damp die vrijkomt bij inslaande meteorieten. Door de ijle atmosfeer is de hemel zowel 's nachts als overdag zwart. Doordat Mercurius drie keer zo dicht bij de zon staat als de aarde, verschijnt de zon er ongeveer 2,5 maal zo groot aan de hemel. De best zichtbare planeet vanaf Mercurius is Venus, die met een magnitude van ongeveer -6,6 als helderste object aan de nachtelijke Mercuriushemel staat. De aarde en de maan zijn er ook prominent aanwezig met een magnitude van respectievelijk -5,2 en -1,2.
Magnetosfeer
Mercurius heeft een relatief sterk magnetisch veld met 1 procent van de magnetische veldsterkte van het aardmagnetisch veld. Mogelijk wordt dit magnetisch veld, net als dat van de aarde, opgewekt door een 'dynamo' van circulerend vloeibaar kernmateriaal. Waarnemingen met radar wijzen op een tenminste deels vloeibare kern[1]. Omdat theoretische modellen echter aangeven dat de kern van Mercurius niet heet genoeg zou zijn om ijzer-nikkel te doen smelten, betekent dit dat de kern voor meer dan 0,1 gewichtsprocent uit zwavel moet bestaan, zodat door vorming van een eutecticum het smeltpunt in de kern naar beneden wordt gebracht[2]. Het is ook mogelijk dat het huidige magneetveld deels een overblijfsel is van een vroeger dynamo-effect dat nu niet meer actief is en is gefossiliseerd in gestold magnetisch materiaal.
Inslagstructuren
Mercuriusoppervlak in
valse kleurenwaar oppervlakten van verschillende samenstelling zichtbaar zijn. Het gelige gebied rechtsonder wijst op gestolde lava.
Het oppervlak van Mercurius is bezaaid met inslagkraters en lijkt veel op dat van de maan. De meest in het oog springende inslagstructuur is het multi-ring Caloris Bassin, 1350 km in diameter en er omheen een rand van een bergen van ongeveer 2 km hoog. Verder zijn er nog talloze valleien, heuvels en vlaktes te vinden. De meeste kraters op Mercurius zijn vernoemd naar schrijvers en artiesten. In kraters op de polen van Mercurius is ijs aangetroffen.[3]
Vulkanisme
Bij het opnieuw bestuderen van de Mariner 10 foto's eind jaren '90 werd ontdekt dat sommige delen van het oppervlak veel gladder zijn dan andere. Deze gladde gedeeltes zijn bedekt met gestolde lava, een bewijs dat er in het verleden actiefvulkanisme op Mercurius moet zijn geweest.
Tektoniek
Tussen de inslagkraters zijn ook verschillende steile kliffen zoals Discovery Rupes. Deze worden geïnterpreteerd als hellingen die veroorzaakt zijn door opschuivingen. Dit type van geologische breuken is typisch voor een oppervlak dat verkleind is. Men neemt dan ook aan dat dit een voorbeeld is van contractietektoniek, waarbij Mercurius door afkoeling kromp. Deze krimp moest door de vaste korst worden gecompenseerd door de vorming van opschuivingsbreuken.
Daarnaast heeft men op gematigde breedten ook lijnstructuren opgemerkt, die men verklaart als horizontaalverschuivingen die ontstonden als gevolg van mechanische spanningen in de korst door de langzame vertraging van de rotatie van de planeet.
Samenstelling
De kern van Mercurius bestaat hoofdzakelijk uit ijzer en is relatief groot. De kern neemt 42 procent van het totale planetaire volume van Mercurius in. (Ter vergelijking: bij de aarde neemt de kern 17 procent van het volume in). Rondom de kern bevindt zich een mantel van zo'n 600 km dik die voornamelijk uit siliciumoxiden bestaat. De dichtheid is, ondanks de grote hoeveelheid ijzer, met 5430 kg/m3 iets kleiner dan die van de Aarde. Dat komt doordat de Aarde groter is en er dus binnenin meer druk heerst.
Interesse in de banner stuur mij een mail als je alle planeten hebt gelogd en ik stuur je de link.