Bij de aanleg van natuurvriendelijke oevers wordt de overgang van water naar land juist geleidelijk gemaakt. Zo ontstaan voor veel dieren geschikte gebieden om te leven, broeden en zich voort te planten. Een bredere oever betekent ook meer ruimte voor planten en dieren. Bijna alle vissoorten hebben hun paai- en leefgebied in begroeid, ondiep water. Met meer verschillende planten zullen er dus ook meer vissoorten komen. Zoogdieren zoals muizen, marters en reeen kunnen bij natuurvriendelijke oevers makkelijker het water verlaten.
Langs het Peelkanaal zijn op tien locaties natuurvriendelijke oevers aangelegd. Met een geleidelijke overgang van nat naar droog. Bepaalde planten en dieren kom je alleen hier tegen. De planten die zich op of aan de oever vestigen, zoals de lisdodde en de gele lis hebben namelijk een natte bodem nodig. Dat geldt ook voor de dieren die voor deze oevers kiezen.