Panda is op zoek naar een gezellig huisje. Hij heeft gehoord dat er hier in de buurt een huisje is dat precies aan zijn wensen voldoet:
1. Het huisje mag niet te hoog zijn, want hij heeft hoogtevrees.
2. Er moet bamboe aanwezig zijn, want dat eet hij graag.
3. Er moet een goed slot op de deur zitten, zodat ongewenste bezoekers niet binnen kunnen.
Panda gaat op zoek in de richting van de speeltuin. Vanaf hier loopt hij linksaf richting de flats. Daar gaat hij rechtsaf en loopt langs de drie flatgebouwen. Hij vindt de flatgebouwen te hoog om in te wonen, maar schrijft voor de zekerheid wel de namen van de drie flatgebouwen op een briefje.
Hij komt bij een drukke weg en gaat rechtsaf, waar hij na ongeveer 50 m voorzichtig (!) de drukke weg oversteekt. Daar staat een paaltje met heel veel cijfers. Hij telt alle rode cijfers bijelkaar (=R) en ook alle blauwe (=B). Deze twee getallen schrijft hij ook op zijn briefje.
Hij loopt rechtdoor langs de tennisbanen en het hondentrainingscentrum. Hier groeit van alles aan de andere kant van de weg, maar geen bamboe, dus hij loopt door. Hij komt langs een fietsknooppunt waarvan hij het nummer op zijn briefje zet (=K). De weg buigt af naar rechts en dan ziet Panda een richtingaanwijsbordje naar de IJzertijdboerderij. Zou daar een leuk huisje te vinden zijn? Hij loopt naar de Ijzertijdboerderij, maar deze is niet altijd open. Hij schrijft het huisnummer op het witte bordje (=H) op zijn briefje.
Panda loop verder en steekt de drukke weg voorzichtig (!) over. Hij loopt 10 meter naar links en dan tussen twee boomstammen door rechtsaf een klein paadje in. Hij gaat even zitten op een van de paaltjes en kijkt op zijn briefje. Hij zet eerst de letters van alledrie de namen van de flatgebouwen om in cijfers en telt alle cijfers bijelkaar op (=F).
Panda kijkt nog een keer op zijn briefje en ineens krijgt hij een visioen:
Het huisje staat op N51 37.(2xF - B + 21) E 004 55.(F -3xR + 4).
Het slot op de deur is gestolen.
Ga jij even kijken of dat klopt?