Surhuizumer Mieden
Surhuizumer Mieden (Fries: Surhuzumer Mieden) of Surhuizumermieden is een madegebied (hooiland) en buurtschap in het uiterste oosten van de gemeente Achtkarspelen in het uiterste oosten van de Nederlandse provincie Friesland.
Rond 1700 werd het gespeld als 'Suyr Huyster Hooylanden'. Eekhoff geeft de naam in de 19e eeuw als 'Surhuister Hooilanden'
Hoewel de naam anders doet vermoeden valt de buurtschap bestuurlijk gezien niet onder het nabijgelegen dorp Surhuizum, maar onder het dorp Stroobos. De buurtschap is met plaatsnaamborden afgebakend rond de Miedwei (Miedweg) en spreidt zich uit over een lengte van 3 kilometer. Het madengebied is een stuk groter en ligt grofweg ten zuiden van het Van Starkenborghkanaal, ten oosten van het dorp Surhuizum en ten westen van de Lauwers.
De mieden zijn een relatief open weidegebied, dat wordt onderverdeeld door elzenhagen. In het gebied zijn drie verkavelingsrichtingen zichtbaar. In het miedengebied liggen enkele pingoruïnes, die net als in de Drogehamstermieden zijn bedekt met knipklei en nu petgaten vormen, waaromheen elzenbosjes groeien. Andere petgaten ontstonden door vervening middels de baggelmethode (baggeren). Begin 20e eeuw werden grote delen in cultuur gebracht met behulp van terpaarde van de terpen van Burum, Hogebeintum en Wetsens, die per praam werd aangevoerd. In het verlengde van de waterloop Tiltjewijk (Compagnonswijk) lag ten noorden van de Koaiwei (Kooiweg; ten noorden van de plaats waar de Tiltjewijk er vroeger onderdoor liep) tot in de 19e eeuw de eendenkooi van schilder Willem Bartel van der Kooi, die er een boerderij had genaamd Kooiplaats.