Op de Grote Markt zie je rechts het Stadhuis en het onafgewerkte Paleis van de Grote Raad aan het uiteinde. Het gebouw het dichtst bij ons is de Lakenhalle.
Het Paleis van de Grote Raad werd trouwens gebouwd onder leiding van Rombout Keldermans, de stadsarchitect.
Het middelste gebouw, het Stadhuis, is eigenlijk een belfort. Het is zo goed als klaar, alleen zijn we nog aan het wachten tot ze beginnen met de bouw van de toren in het midden.
Achter jou, in de hoek van de Grote Markt zie je het Schepenhuis. Op het einde kan je uiteraard onze trots, de Sint-Romboutstoren niet missen.
We steken nu de Grote Markt over en wandelen naar het Schepenhuis. Merk je trouwens niets eigenaardigs aan sommige gevels op de markt? Er staan namelijk heel wat dieren op de gevels van de huizen. Hoe dit komt? In jouw tijd hebben de huizen allemaal een huisnummer. Maar dat is niet altijd zo geweest. Dezer dagen kunnen mensen een huis herkennen aan de naam die men er aan geeft. De dieren die je stiekem volgen van daarboven horen bij de naam van het huis waarop ze staan. We passeren Margaretha van Oostenrijk, van wie we net in het Paleis waren. Een buiging als teken van respect mag altijd...
Het Schepenhuis was het eerste stenen stadhuis van Vlaanderen en deed dus dienst als zodanig. Tot 1616 kwam hier de Grote Raad bijeen, daarna verhuisde de Grote Raad naar het Paleis van Margaretha van Oostenrijk. Het gebouw deed ook dienst als rechtbank, vandaar ook de bouwstijl die wat militair aandoet.
Het gebouw ligt aan de Ijzerenleen. Die naam verwijst naar de ijzeren leuningen die hier moeten beletten dat zware karren op het gewelf rijden van het vlietje dat hieronder stroomt.
Hier ging vroeger de vismarkt door, maar sinds 1531 gaat die door op...euhm...de Vismarkt.
Vraag F: Hoeveel treden moet je op om toegang te hebben tot het Schepenhuis? Stapeltellen tot 1 cijfer...
A: 8
B: 11
C: 15
Achter u bevindt zich de Sint Romboutskathedraal. Eén van de mooiste voorbeelden van de Brabantse gothiek en die begon in de 13de eeuw en rond 1520 waren de werken voltooid.
De bijna honderd meter hoge kerktoren bevat zes niveaus, waarin onder meer een beiaardkamer is ondergebracht. De beiaard telt 49 klokken. De toren is te beklimmen.
Vraag G: Hoeveel zwarte metalen banden tel je op de grote inkomstpoort van de kathedraal? (meer dan 10) De uitkomst mag je stapeltellen.
Kom beste menschen, we gaan verder. Als je uit de kathdraal komt stap je naar rechts en nogmaals rechts en je blijft de gevel van de kathedraal volgen tot je aan een hoekhuis komt met twee straten. Je neemt de linkse straat. Op het einde van die straat zie een gevel van het Standonckcollege. Dit is een school voor de armere kinderen van de stad, ook wel bonefanten genoemd.
Bij het Standonckcollege ga je naar links tot je bij de eerste straat links naar de Sint-Janskerk kan stappen. Aan het einde van de kerk blijf je echter links aanhouden en stap je door een kleine passage, het Klapgat.
Zoals vandaag nog steeds gebeurt, blijft men na de hoogmis nog wat bij de kerk rondhangen om bij te praten of te roddelen. In dit gangetje wordt er duchtig op los gebabbeld, ‘geklapt’, zoals wij zeggen, vandaar de naam. Je ziet hier ook een kapel. In het offerblok steken mensen 1 of 2 centiem om hulp af te smeken.
Vraag H: Naar welke zuiderse etenswaren is deze kapel genoemd? Het antwoord mag je omzetten en stapeltellen.
Bij de straat ga je even naar links en zie je rechts meteen een groen water: ‘t Groen waterke. Een mooi en tegelijk romantisch plekje met een welriekende geschiedenis in de nabijheid van de Sint-Romboutskathedraal. Niet zozeer door de groene eendenkroos (vandaar dus de naam) die op dit ‘waterke’ steeds ligt maar wel door de aanwezigheid van toiletten. De gebouwen dichtbij het water behoren toe aan de refugies van Tongerlo en Sint-Truiden. Aan de zijgevels zijn kleine platforms met een openbaar toilet gemetseld waar de oud-priesters en kloosterzusters hun ‘boodschap’ doen. Kwajongens en meisjes vinden er niet beter op dan met bootjes tot onder de toiletten te varen en de billen te beschieten met kluitpijpen. Toen een kwade brief van een kloosterzuster op het stadhuis aankwam, bleken er plots minder bootjes op het Groen Waterke te varen...
Keer nu even op je stappen terug en ga links in de Schoutetstraet. Op het einde links zie je de refugie van Tongerlo. Ga rechtdoor bij het kruispunt (Klein Begijnhofbogaard) en je komt op de kasseien terecht van het Klein Begijnhof.
De stad Mechelen beschikt over twee begijnhoven, gekend als het Groot en het Klein Begijnhof. Het Groot Begijnhof opende de deuren in 1259, buiten de stadsmuren. Eerder was er al het Klein Begijnhof dat binnen de wallen ligt, maar wegens de onophoudelijke toestroom van vrouwen die voor het begijntjesleven kozen, kwam er plaatsgebrek en moest men elders uitbreiden. Het Klein Begijnhof ligt maar een paar straten verwijderd van grote broer.
Vandaag is het hier heerlijk rustig. Hier verblijven ondertussen de begijntjes die te ziek zijn of te gebrekkig om te verhuizen naar het Groot Begijnhof. Het Begijnhof kan worden afgesloten met drie poorten. De huisjes zijn gemaakt van zand- en baksteen en zijn vrij recent. Op het einde volg je de bocht mee naar links. U passeert een pomp. Let op mocht u een begijntje treffen, ze zijn namelijk erg schuw...
Vraag I: U bent de pomp gepasseerd. Daarna ziet u op uw linkse zijde een begijnhuisje met rode voordeur. Hoeveel gaten zitten er bovenaan de gevel?
Je wandelt rechtdoor onder een portaal en dan naar rechts. Zo kom je op een groot plein met recht voor je de Sint-Katelijnekerk.
Wanneer je uit het portaal gewandeld bent, ging je naar rechts. Je moet nu rechts naar de andere kant van het plein. Daar recht tegenover kan je in een straatje (Bornstraatje). Op het einde naar rechts in de Zelestraat. Wandel deze tot je op een grote straat komt (G. de Stassartstraat), daar ga je naar links. Je stapt vervolgens links de Nokerstraat in. Bij het volgend kruispunt rechtdoor om vervolgens in die straat (Schrijnstraat) de bocht mee te volgen naar links (Twaalf Apostelenstraat). Je blijft deze straat volgen die op het einde een bocht maakt naar links en zo kom je aan de zijgevel van de Begijnhofkerk. Daar ga je naar rechts en komt zo terecht in de Nonnenstraat, de belangrijkste as in het Groot Begijnhof.
Wacht even op de hoek Nonnenstraat en Krankenstraat.

Het Groot Begijnhof bestaat sedert de 13de eeuw maar ligt buiten de stadsmuren. Het is ongeveer 20 hectare groot en bestaat uit een honderdtal woningen of conventen. Ongeveer 200 jaar geleden kende het Begijnhof zijn hoogtepunt en woonden er niet minder dan 1500 begijntjes. Wat buiten de stadsmuren ligt is natuurlijk gevoelig voor aanvallen en plunderingen. De beeldenstorm van 1566 en de aanval van de Hertog van Alva in 1572 hebben er voor gezorgd dat in 1578 de begijnen naar andere oorden verhuisden. Alle resterende gebouwen werden toen vernield achtergelaten.
In 1595 zijn een deel van de begijnen teruggekeerd en hebben ze zich gevestigd in deze wijk binnen de stadsmuren. Zowel de Begijnhofkerk als vele andere andere gebouwen dateren van begin de jaren 1600.
Vraag J: Hoeveel ‘stralen’ kan je tellen boven de deur in de Sint Alexiusstraat 3? (dit getal moet je niet stapeltellen, het is wat het is)
Het Groot Begijnhof omvat de volgende straten: Krankenstraat, Nonnenstraat, Hoviusstraat, Fonteinstraatje, Convenstraat, Krommestraat, Acht-Zaligheden straat, Twaalf Apostelenstraat, Cellebroederstraat en de straten rond de kerk. Neem de tijd om deze straten even door te wandelen. Wacht even, nog niet vertrekken!!
Voor de begijnhofsfeer echt op te snuiven zullen we zo meteen samen een cirkel makenvia de Krankenstraat, de Hoviusstraat en de Convenstraat terug naar de Begijnhofkerk via de Nonnenstraat waar zich de Jezuspoort bevindt, één van de twee poorten van het begijnhof. En onderweg gaan we samen iets drinken, want ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik heb er toch wat dorst van gekregen… Goed, we vertrekken, let onderweg op voor nog mogelijke vragen.
We wandelen de Krankenstraat door en op het einde komen we aan onze andere Mechelse trots: de brouwerij…
Het is niet toevallig dat de brouwerij gelokaliseerd is in het begijnhof. Het begijnhof bezit namelijk een belangrijk ‘krankenhuis’, wacht, hoe zeg je dat in jullie taal, euhm, een ziekenhuis.
We staan er vlakbij. In 1471 beslist Keizer Karel de Stoute dat het bier gebrouwen voor het Krankenhuis, voor de begijnen en hunnen officieren, vrij is van accijnzen en belasting.
Vraag K: Hoeveel ankers kan je zien tussen de woorden 'Brouwerij' en 'Het Anker'?
Ga gerust binnen, neem een pauze en kijk wat rond. Ik wacht hier even op jullie, dan kan ik die dekselse schoenen even uit doen.
Goed, we gaan verder met sfeer opsnuiven. We wandelen verder langs de Hoviusstraat, opgelet want je moet nog iets uitrekenen, zie vraag L, en de Conventstraat en zo terug naar de Nonnenstraat, tot aan de Jezuspoort. Die bevindt zich nu aan je linkerkant.
Vraag L: In de Hoviusstraat hangen grote lantaarns tegen de gevels. Hoeveel lantaarns zijn er?
We wandelen onder de Jezuspoort en gaan helemaal tot aan het einde. Daar staat een huisje. Rechts van dat huisje bevindt zich een nis.
Vraag M: Hoeveel tralies zijn er in de nis?
Onder de gewelven van de Jezuspoort kijken we goed naar de links. Op die manier kun je niet zien wat er rechts gebeurd. Hahaha, middeleeuws grapje van mijnentwege. Mijn excuses, we gaan verder.
Als je de Jezuspoort uitwandelt, gaan we naar links in de Nonnenstraat en die loop je af tot het einde. Daar ga je in de Nieuwe Begaardenstraat naar rechts en neemt de eerste straat links: de Armen-Clarenstraat.
Bij het volgende kruispunt kom je aan de Melaan. Hier zie je weer een vlietje van Mechelen. Je volgt het vlietje naar rechts en wandelt tot aan het einde er van.
Je volgt altijd rechts en na een scherpe bocht neem je de brug over de Dijle. Vanop de brug zie je links voor je een paar prachtige gevels, waarvan eentje deels in hout.
Het huis op de hoek onder andere, wordt ook wel Het Paradijs genoemd. Dit werd gebouwd rond 1520. Het middelste huis is gekend als het Duivelshuis, doch was dit oorspronkelijk De Verloren Zoon. Het meest linkse huis staat bekend in Mechelen als Sint-Jozef, het meest recente.
Kom, we gaan wat details bekijken... Neem de twee wapenschildjes op het huis 't Paradijske onder de loep. Je hoeft geen heraldiek te hebben gestudeerd om te zien dat ze van elkaar verschillen. Schildjes waarop een ruitvorm met de punt naar boven prijkt, zijn voor dames. Op de gevel waar je nu voor staat, is het damesschildje dat van Eleonara, de zus van Keizer Karel. Op het andere schild ontdek je horizontale lijnen die verklappen dat het schild bij een man hoorde. Inderdaad, dit schild is van niemand minder dan Keizer Karel zelf!
Vraag N: Hoeveel gevleugelde personen kan je tellen op de gevel van Het Paradijs?
Over de brug gaan we naar links en dan zie je recht voor je de meest recente brouwerij van Mechelen: Lamot. Deze werd pas gestart sinds 1627. Zijn ligging is trouwens niet toevallig. Vlak bij de rivier zodat afval rechtstreeks daar kon gedumpt worden, en om bier te kunnen brouwen, heb je natuurlijk ook water nodig. Maar ook graan, dat via De Dijle wordt aangeleverd.
We wandelen over de brug van de Dijle. Nu staan we op de Vismarkt, maar dat heb je ongetwijfeld al geroken.
Deze vismarkt is in gebruik sinds 1531. Eerst stonden ze op de Ijzerleen maar daar zijn ze verdreven wegens de geurhinder. En nu komen hier bootjes aan met de viswaar via de Dijle.
We wandelen naar rechts als je van de brug afkomt en daar wandelen we weer naar rechts. Over de brug en dan onmiddellijk naar links. Je ziet dan de helling langs het water.
Aan die helling draai je je even om want ook daar zijn drie mooie gevels te bewonderen namelijk van de Waag, de Steur en Huis de Zalm.
Vraag O: Je gaat wat dichter bij Huis De Zalm staan. Dit is duidelijk te herkennen met, euhm, de zalm boven de deur. Op de deur zie je 8 panelen. Het paneel rechts van de deurklopper, het tweede van boven te beginnen, daar staat een figuur op. Dewelke? Omzetten naar cijfers en dan stapeltellen tot 1 getal.
We dalen de helling af en nemen daar de droomboot ‘Dijlepad’ die dat daar langs de waterkant ligt te wachten. We varen naar rechts en varen door tot aan de volgende brug. De brug dewelke u onderdoor vaart is de Hoogbrug of Grootbrug. Het is de oudste stenen brug van Mechelen, momenteel 400 jaar oud. Daar kunnen we uitstappen en weer naar boven stappen... Deze boot brengt u weer terug naar uw eigen tijd.
Maar, helaas, daar is ook het einde van de wandeling.
Als uw gids bedank ik u hartelijk voor uw aandacht. Als u naar boven loopt, komt u weer in uw eigen wereld.
De mensen die meedoen aan de puzzeltocht kunnen daar vast wel ergens een zitplaats vinden om het laatste punt van hun zoektocht te bepalen.
Ik hoop dat u genoten heeft van ons mooie Mechelen en misschien tot een volgende keer.
De cache
Zoals gezegd ligt de cache buiten het oude centrum van 1707. Hierdoor werkt je gps gelukkig weer.
Het vinden van een juiste cacheplek was hier lastig. Bij de cacheplek komen regelmatig dreuzels voorbij. Gelukkig passeren ze over het algemeen alleen maar. Hoewel het in mijn ogen vooral de verantwoordelijkheid van de cachelegger is dat zijn cache niet toevallig gevonden kan worden, wil ik toch vragen om enige voorzichtigheid als mensen passeren.
De cache lijkt helaas soms door dreuzels gevonden te worden. Verzoek om de cache goed te terug te stoppen Soms zie je bij de cachecontrole van verre al dat daar iets "vreemds" is. Houd in gedachte dit dit best een druk gebied kan zijn. Stille zoekplekken zijn helaas niet voorhanden op een redelijke afstand. De moeilijkheid is gekozen omwille van de afstand
De cache ligt op N 51 01.PQR E 4 29.STU, waarbij:
P = A + B - C
Q = D + E + F + K
R = G + H - I
S = J - K - L - M + 1
T = I - N
U = O - C + I
Mocht je twijfelen over je antwoorden? De checksom van A t/m O = 59.
Als laatste een woord van dank aan:
Eerst en vooral Knuffel en zijn Anno 1680 in Den Haag waar ik de inspiratie heb gehaald en de toestemming die ik heb gekregen om het concept te mogen overnemen. Daarnaast ook nog Egied, stadsgids en die de hele wandeling heeft overlopen op historische fouten.
Verder nog de stad Mechelen voor de mogelijkheid en Gerrit om toestemming te geven voor het plaatsen van de geocache.
Mocht je de gids Rommy een fooi willen geven: geld neemt hij niet aan hoor. Wel vindt hij een mooi logje, foto's of zelfs een favopuntje altijd erg leuk.