KINDERPRAAT
Kinderen zeggen de
leukste dingen. Helaas vergeten we de meeste dingen al weer voor de
dag voorbij is. Soms blijven er toch een paar hangen. Op de dag dat
wij tien minutengesprekken hebben op school zingt de jongste van
vier: "papa is een poepiescheet." "Heb ik van de juf geleerd.
[Lachend] Ze zegt van niet als je het vraagt maar het is echt waar
hoor!"
Kort
daarvoor was hij ziek. Hij heeft 39 graden koorts, de regen komt
met bakken uit de hemel. Heel verrassend komt hij met de vraag:
"Wanneer gaan we naar het strand?"
Onze
oudste van vijf gaat net naar groep twee. Hij heeft een hekel aan
de werkjes van de juf en bedenkt zich dat groep drie alleen maar
erger gaat worden. Op een avond bij het naar bed gaan zegt hij "Ik
ga een brief schrijven naar school mama. Groep 2 wil ik nog wel
doen, maar daarna ga ik niet verder.”
Naast
alle leuke uitspraken zijn kinderen ook sterren in het verbasteren
van woorden en het stellen van ingewikkelde vragen. Hieronder een
kleine greep uit de kreten van onze en andere kids.
Wanneer
je de woordwaarde moet berekenen, ga dan uit van A=1. Bij het
berekenen van de locatie geldt dat je alleen moet vermenigvuldigen
als er * staat.
1:
Bij een
bezoekje aan het vliegtuigmuseum laat papa aan de oudste van 5 een
schietstoel zien: "Kijk en dat is de schietstoel”. N(5):
"hebben ze dan ook een parasol?”
N
bedoelt een ………
Bereken de
woordwaarde en stapeltel tot 1 cijfer. Dit cijfer is
A
2:
Op een
mooie weekenddag zijn we de mogelijkheden aan het doornemen met de
kinderen van wat we zouden kunnen gaan doen. De oudste van 5
vraagt: "waarom heet het eigenlijk het
opaluchtmuseum?”
N
bedoelt een ……………
Bereken de
woordwaarde en stapeltel tot 1 cijfer. Dit cijfer is
B
3:
De
oudste van 5 leert over de beweging van warmte. Op een mooie dag
tijdens een wandeling moet hem toch iets van het hart: weet je wat
raar is? Warmte gaat omhoog, maar de …… gaat omhoog,
maar ook naar beneden!
Welk
woord is weggelaten?
Bereken de
woordwaarde en stapeltel tot 1 cijfer. Dit cijfer is
C
4:
Het is
december. De oudste van 5 ziet iets moois in een boek dat past bij
deze feestmaand: pap dat is het elfje, oh nee de fee. Bedoel je de
….? Oh ja, de ….
N
bedoelt een …..
Bereken de
woordwaarde en trek het tweede cijfer af van het eerste. De
uitkomst is D
5:
Wanneer
we voor controle naar het consultatiebureau gaan, vraagt onze
oudste (dan nog 3): "mama moet ik bij de dokter ook op de
kilometer?”
N
bedoelt een……
Bereken de
woordwaarde en stapeltel tot 1 cijfer. Dit cijfer is
E
6:
Als we
in Frankrijk zijn, zijn de kinderen erg trots dat ze ook Frans
spreken en bij het café bestellen ze zelf hun favoriete drankje
"zure bom” en zeggen ze heel netjes
"ooievaar”.
Ze
bedoelen (in het Frans): - …… en
…….
Bereken de
woordwaarde van de eerste drie bij elkaar horende woorden en tel
deze bij elkaar op (=X) en doe hetzelfde voor de andere twee bij
elkaar horende woorden (=Y).
X-Y=
Z
Stapeltel Z tot 1
cijfer. Dit cijfer +1 is F
7:
Bij het
eten loopt 1 van de kids te mopperen: "Het is niet eerlijk, we eten
altijd..... ik wil ook wel eens meidenkaas! "
Wat eet
zij altijd: ........
Bereken de
woordwaarde en stapeltel tot 1 cijfer. Dit cijfer is
G
8:
Bij het
tv kijken ziet een van de kinderen iets dat hij heel graag wil:
"Papa, ik wil ook een keer met een windwaaiboot"
Hij wil
graag met een.....
Stapeltel de
letterwaarde van de vierde letter van het antwoord tot 1 cijfer.
Dit cijfer is H
9:
Tijdens
een mooie wandeling roept een van de kinderen opeens: "Pas op mama,
hier staan vuurstekels" Wat staat er.......
Bereken de
woordwaarde. Trek het laatste cijfer van de woordwaarde af van het
getal ervoor (de twee eerste cijfers van de woordwaarde). Het
antwoord van deze som is K
10:
Op een
vrije middag spelen we een spelletje met de kinderen. Tijdens dit
spelletje roept 1 van de kinderen blij:"Jaaaaaa, een
kroket".
Welk
spelletje zijn we aan het doen? We spelen....
Bereken de
woordwaarde en stapeltel dit tot 1 cijfer. Deel dit cijfer door
twee. Het antwoord is L.
11:
Wanneer een kleine
dame voor het eerst hoort over gevaarlijke ziektes van vroeger,
zoals scheurbuik zegt zij: Ooooh, dat heeft mama ook. Mama's buik
is helemaal gescheurd.".
Mama heeft
.......".
Bereken de
woordwaarde. Deel dit door 8. De uitkomst is
M
Controle som:
A+B+C+D+E+F+G+H+K+L+M = 45
De
nano is te vinden op:
N
52.(A-E)M.(E+G)B(F+2*C)
E005.G(H-D).(K+L)G
Gereedschap meebrengen is niet nodig. Wat je nodig hebt is ter
plekke te vinden.
Controleer
coordinaat