Skip to content

Kwintelooyen - "Zandbergen" uit de ijstijd EarthCache

This cache has been locked, but it is available for viewing.
Hidden : 1/10/2014
Difficulty:
2.5 out of 5
Terrain:
2 out of 5

Size: Size:   other (other)

Join now to view geocache location details. It's free!

Watch

How Geocaching Works

Please note Use of geocaching.com services is subject to the terms and conditions in our disclaimer.

Geocache Description:




Vanuit vogelperspectief




Van zandgroeve...



...naar recreatiegebied

































Het geologisch monument




"Bergen" uit zand





























Parkeerplaats:
N 51° 59.594
E 05° 33.283

Waypoint 1
N 51° 59.511
E 05° 32.832

Waypoint 2
N 51° 59.538
E 05° 32.559



Uitzicht van Waypoint 2





Het natuur- en dagrecreatieterrein Kwintelooyen ligt op de noordoosthelling van de Utrechtse Heuvelrug, globaal tussen Rhenen, Veenendaal en Elst in de provincie Utrecht. Het terrein is circa 74 hectare groot, reikt van de noordoever van de Rijn tot aan de Gelderse Vallei en maakt een deel uit van het Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug. In de 70-er jaren van de vorige eeuw was Kwintelooyen in gebruik als zandafgraving. Vandaag het beeld is veranderd – in 1989 werd de groeve gesloten en nu is het areaal een groot recreatiegebied met veel paden voor wandelaar, ruiter of mountainbiker en bovendien is het een „zanderig“ nalatenschap van de voorlaatste ijstijd, de Saalien.


Het ontstaan van het gebied


Kwintelooijen is een deel van de „Utrechtse Heuvelrug“, welke de vlakke provincie Utrecht in het oosten door een lange keten van heuvels verdeeld in twee delen. Het gebied ontstaan tijdens een van de koudste periodes van het land, ongeveer 150.000 jaar geleden tijdens de Saalien in de Pleistoceen.


In deze tijd stroomden de Rijn en de Maas vrij noordwaarts en dikke lagen van fijn en grof zand werden afgezet. Tijdens de IJstijd "wandelde" het landijs uit het koude noorden (Scandinavië) over het hele land. Deze grote gletsjer stuwde de bevroren zand- en puinlagen die het tegenkwam voor zich uit en omhoog aan het einde. Zo ontstond een hoge zandrug, een zogenaamd „stuwwal“, welke kenmerkend is voor de regio van de Utrechtse Heuvelrug. Deze glaciale landvorm is het meest vergelijkbaar met een eindmorene, maar in tegenstelling tot een morene, welke bestaat uit opgestuwde gesteentelagen, bestaat de stuwwal uit oude zanderige rivierafzettingen.


De opbouw van een stuwwal


Alhoewel de zanderige bodem van de heuvelrug werd afgezet door de rivieren vóór de Saale ijstijd, bestaan de lagen aan de voet van de stuwwal grotendeels uit dekzand en puin in verschillende maten. Delen van de zanderige oppervlaktelaag dateren van de laatste ijstijd, het Weichsel-ijstijdperk, ongeveer 20.000 jaar geleden, en zijn door polaire winden over het land verstoven. De puinhellingen die door de verwering en erosie van de stuwwal gevormd zijn, werden veroorzaakt door gesmolten gletsjer-ijs, welk door smeltwatergeulen langs de rug naar beneden stroomde. Wanneer het smeltwater de voet van de rug bereikte, onstond een zogenaamde puinkegel rivierafzetting. Al die tijd, met uitzondering van de tijd van de permafrost, spoelde regenwater de bodem uit en zo verloor hij zijn plantenvoedingsstoffen. Deze aangezuurde zandgrond is ook bekend als podzol en is erg droog en waterdoorlatend. Dus dringt het regenwater de grond in en stroomt niet aan de oppervlakte weg. De grondwaterspiegel in de stuwwal ligt daarom erg diep. 

De opbouw van een stuwwal is zeer duidelijk te zien bij de Kwintelooyen. Bijvoorbeeld valt het extreme hoogteverschil op tussen de zandruggen (stuwwal) en het omringende landschap. Het hoogste punt in dit bereik is op 50 meter en geeft een bijzonder prachtig uitzicht over de Gelderse Vallei. Maar ook de specifieke bodem toont hier een grote variatie en loopt uiteen van zeer natte ven- en moerasgronden tot extreem droge lagen van afgezet zand en grind. Na de sluiting van de zandgroeve werd het grootste deel van het gebied beplant met bos. Echter een deel is met opzet weggelaten. Dit ligt in het midden van het terrein en wordt door de Provincie Utrecht als geologisch monument in stand gehouden. Hier zie je nog steeds duidelijk de door het gletsjer-ijs opgestapelde scheve afzettingen op veel plaatsen tussen de de met heide begroeide helling.


Bodemerosie in de Kwintelooyen


Waar je ook kijkt, de zichtbare gevolgen van erosie bepalen het beeld van de Kwintelooyen. Van bijzonder belang is de bodemerosie, het loskomen en verplaatsen van bodemdeeltjes door verschillende (bewegende) natuurkrachten, hoofdzakelijk water en wind. Men spreekt dan van wind- en watererosie.

In het algemeen onstaat winderosie onder twee voorwaarden. Zo mag de bodem niet beschut zijn tegen wind (b.v. door begroeiing) en de bodemdeeltjes moeten voldoende los liggen, dus niet aan elkaar kleven door vocht of een chemische neerslag als kalk. Om het proces van watererosie te laten ontstaan, moet er veel en sterke regenval zijn in combinatie met hoogteverschil (bijvoorbeeld een overhang of helling). Ook mag de bodem door weinig begroeiing kennen zodat de neerslag de bodemdeeltjes vrij kan meevoeren. Al deze eisen voldoen de kale zandige hangen van de stuwwalgebied „Kwintelooyen“ en zo kunt je sporen van wind- en watererosie in vele delen van het gebied zien. Duidelijke teken zijn rillen (met een diepte tot 30cm) en geulen (enkele decimeter tot meters diep) op de helling.


De Earthcache


Deze Earthcache geeft de bezoeker een indruk van de geologische bouw van een stuwwal en van de erosieprocessen, welke aan de oppervlakte van de grond plaatsvinden. Bovendien kan de bezoeker diverse aanvullende thematische informatie krijgen. Om deze Earthcache te kunnen loggen, moet je de antwoorden op de volgende vraagen via mijn profiel (*click*)


Vragen:
  1. Wat is volgens de informatie-bord karkateristiek voor de omgeving van de Kwintelooyen?
  2. Wat is er met de grond van het ruim 16ha groot gebied in de afgelopen jaren gebeurd?
  3. Welke drie“oerprocessen“ spelen zich op de bodem tussen WP1 en WP2 af?
  4. Beschrijf de bodem en de sporen van erosie die je kunt zien tussen WP1 en WP2!
  5. Maak een foto van jezelf, je team en/of een persoonlijk item (bijvoorbeeld jou GPS) bij wegpunt 2 (bovenaan de trap) en plaats het bij je log!

Stuur me de antwoorden via e-mail via mijn profiel of via het Message-Center. Na(!) het verzenden van de antwoorden kan de EarthCache direct worden gelogd. In het geval van onjuiste antwoorden zal ik contact met jou opnemen! Logs zonder foto en/of antwoorden worden zonder waarschuwing verwijderd!

Extra informatie
  • Dit dagrecreatieterrein is voor iedereen vrij toegankelijk van zonsopgang tot zonsondergang.
  • Bij regen kan de grond drassig zijn (laarzen of goede loopschoenen aantrekken).
Met dank aan Recreatie Midden Nederland voor de toestemming!
En Team Nichel bedankt voor de help met de vertaling!



Das Natur- und Naherholungsgebiet Kwintelooyen liegt am Nordosthang des eines eiszeitlichen Hügelrückens zwischen Rhenen, Veenendaal und Elst in der Provinz Utrecht. Das Terrain ist ungefähr 74 ha groß, erstreckt sich vom Nordufer des Rijns bis hin ins „Geldrische Tal“ und gehört zum Nationalpark „Utrechtse Heuvelrug“. In den 70er Jahren des letzten Jahrhunderts bestand die Nutzung der Kwintelooyen hauptsächlich im Abbau des Rohstoffes Sand. Bis heute hat sich das Bild gewandelt – 1990 stellte die Sandgrube ihre Förderung ein und aus dem Areal der Kwintelooijen wurde ein großes Naherholungsgebiet, welches auf vielen Wegen zum Wandern, Reiten oder Mountainbike-Fahren einlädt und zudem ein „sandiges“ Vermächtnis der vorletzten Eiszeit, der Saale-Eiszeit.


Die Entstehung des Gebietes


Kwintelooijen ist Teil des „Utrechtse Heuvelrug“ der die flache Provinz Utrecht im Osten durch eine lange Kette von Hügeln in zwei Teile teilt. Er entstand während einer der kältesten Perioden des Landes, genauer gesagt, vor ca. 150.000 Jahren, während der Saale-Eiszeit im Pleistozän.


Zu dieser Zeit strömten der Rijn und die Maas frei Richtung Norden, wobei dicke Lagen feiner und grober Sand abgelagert wurden. Während der Eiszeit „wanderte“ dann Landeis vom kalten Norden (Skandinavien) aus über das Land. Dieser große Gletscher schob große Lagen von gefrorenem Sand und Geröll vor sich her und türmte diese am Ende vor sich auf. So entstand ein hoher Sandhügelrücken, ein im Niederländischen sogenannter „Stuwwal“, der das Gebiet des Utrechtse Heuvelrug ausmacht. Diese eiszeitliche Landschaftsform ist am ehesten mit einer Endmoräne zu vergleichen, jedoch besteht ein „Stuwwal“ im Gegensatz zur Moräne nicht aus aufgeschobenen Gesteinsschichten, sondern aus abgelagerten Sedimenten.


Der Aufbau eines "Stuwwals"


Während die sandigen Bodenschichten des Rückens durch die Flüsse noch vor der Saale-Eiszeit abgelagert und durch die Eisrandlage emporgedrückt wurden, bestehen die Schichten am Fuße des „Stuwwals“ zum größten Teil aus Decksand sowie Schutt und Geröll. Teile der sandigen Deckschicht wurden zur Zeit der letzten Vereisung, der Weichsel-Eiszeit, vor ca. 20.000 Jahren durch polare Winde über das Land herangeweht. Die Geröll- und Schutthalden entstanden dagegen durch Verwitterung und Erosion des „Stuwwals“ oder wurden durch geschmolzenes Geltschereis, welches durch Schmelzwasserrinnen ablief, aus dem Rücken herabgespült. Wo jene Schmelzwasserrinnen den Fuß des Rückens erreichten, bildeten sich sogenannte Schuttkegel.  
Durch die erhöhte Lage sind die Bodenschichten die letzten 200.000 Jahre nicht mehr von jüngeren Flussablagerungen überdeckt worden. Während der gesamten Zeit, abgesehen von Phasen in denen der Boden permanent gefroren war, spülte Niederschlag den Boden aus und entzog ihm so seine Nährstoffe. Dieser versauerte sandige Boden wird auch Podsol genannt und ist sehr trocken und wasserdurchlässig. Somit versickert das Regenwasser und kann nicht an der Bodenoberfläche abfließen. Der Grundwasserspiegel liegt innerhalb des „Stuwwals“ daher sehr tief.
Der Aufbau eines „Stuwwals“ ist anhand der Kwintelooyen sehr deutlich zu erkennen. Zum einen kann man hier den extremen Höhenunterschied zwischen dem Sandrücken (Stuwwal) und der umgebenen Landschaft erkennen. Der höchste Punkt in diesem Bereich liegt bei 50m und bietet einen außergewöhnlichen Blick über das „Geldrische Tal“. Aber auch die besondere Bodenbeschaffenheit zeigt sich hier in einer Variation von sehr nassem Venn- und Sumpfboden bis hin zu äußerst trockenen Schichten aus abgelagerten Sand und Geröll. Zwar wurde der größte Teil des Gebiets nach Aufgabe der Sandgrube mit Wald bepflanzt, jedoch wurde eine Areal bewusst ausgelassen. Dieses liegt in der Mitte des Terrains und wird durch die Provinz Utrecht als geologisches Monument erhalten. Hier kann man, am heidebewachsenen Hang, die durch den Gletscher aufgetürmten und schief gestellten Ablagerungen noch an vielen Stellen deutlich erkennen.


Bodenerosion in den Kwintelooyen


Wohin man auch schaut, sichtbare Folgen von Erosion bestimmen das Bild der Kwintelooyen.Hierbei steht besonders die Bodenerosion im Vordergrund, bei der Bodenteilchen durch Naturkräfte, wie Wasser und Wind, gelöst und abtransportiert werde.

Winderosion entsteht im Allgemeinen unter zwei Voraussetzungen. Zum einen darf der Boden nicht vor Wind geschützt sein (wie z.B. durch Bodenbewuchs) und zum anderen müssen die Bodenteilchen locker und lose sein. Damit Wassererosion wirken kann, muss starker Regen in Verbindung mit einem Gefälle mit Höhenunterschied vorkommen (z.B. bei einer Hanglage). Zudem darf der Boden keine Begrünung aufweisen, sodass der Niederschlag die Bodenteilchen frei wegspülen kann. Alle diese Voraussetzungen werden von den kahlen und sandigen Hängen im der Kwintelooyen erfüllt und daher kann man hier an vielen Stellen Spuren der Wasser- und Winderosion, wie Rillen und Gräben, sehen.


Earthcache


Im Rahmen dieses Earthcaches soll sich der Besucher einen Eindruck vom Aufbau eines Stuwwal/Sandrücken verschaffen, die stattgefundenen Erosionsprozesse nachvollziehen und anhand von Infotafeln zusätzliche thematische Informationen erhalten. Um den Earthcache loggen zu können, müssen nur noch zuvor die folgenden Fragen beantwortet und über mein Profil (*click*) an mich geschickt werden.


Fragen:
  1. Was ist laut der Info-Tafel charakteristisch für die Umgebung der Kwintelooyen?
  2. Was ist in den letzten Jahren in dem ca. 16ha großen Gebiet mit dem Boden geschehen?
  3. Welche drei Prozesse („OERPROCESSEN“) spielen sich im Bodenbereich zwischen WP1 und WP2 ab?
  4. Beschreibe den Boden und die Erosionsspuren die man zwischen WP1 und WP2 sehen kann!
  5. Mache ein Foto von Dir, Deinem Team und/oder einem persönlichen Gegenstand (z.B. Deinem GPS) an Wegpunkt 2 (oben an der Treppe) und hänge es an Deinen Log!

Bitte sende die Antworten in einer Email über mein Profil oder via dem Message-Center an mich. Natürlich sind auch weitere selbstgemachte Fotos gerne im Log gesehen! Nach(!) dem Senden der Antworten kann der Earthcache direkt geloggt werden. Bei fehlerhaften Antworten melde ich mich! Logs ohne Foto und/oder Antworten werden ohne Vorwarnung gelöscht.

Zusätzliche Informationen
  • Das Naherholungsgebiet Kwintelooyen ist zwischen Sonnenaufgang- und Sonnenuntergang frei zugänglich.
  • Bei Regen kann der Boden in diesem Gebiet sehr matschig werden. Schuhwahl beachten!



Additional Hints (No hints available.)