|
Boeing B-17 "Flying Fortress"
Bijna achthonderd B-17 bommenwerpers werden 22 februari 1944 ingezet om meerdere doelen in Duitsland aan te vallen. In hoofdzaak betrof dit de vliegtuigindustrie en enkele Luftwaffe vliegvelden. B-17’s van de 3rd Bomb Division werden ingezet op de Messerschmitt-fabrieken bij Regensburg en Prüfening, de Junkers-vliegtuigfabriek te Aschersleben en tegen enkele Luftwaffe-vliegvelden.
Zowel op de heen- als de terugweg werden de formaties aangevallen door Fw 190 jacht-vliegtuigen. De 384th Bomb Group zette 34 B-17’s in om de Junkers-fabriek te bombarderen. Drie van de aanvallers keerden niet op de thuisbasis Crafton Underwood in Engeland terug. De B-17G (42-39809, SO-M) van het 547 Bomb Squadron, 384 Bomb Group werd op de terugweg aangevallen door tien tot vijftien Messerschmitt Bf 109’s die het toestel in brand schoten. Daarop beval de eerste piloot, 2nd Lieutenant Raymond L. MacDonald, zijn bemanning om te springen. Met uitzondering van de tweede piloot, 2nd Lieutenant Paul M. Smith, kwamen allen veilig in de omgeving van Dorsten, 50 tot 60 km ten oosten van Venray en Venlo, op de grond en werden krijgsgevangen gemaakt.
De parachute van Paul Smith, die aan zijn been en borst gewond was door de aanval, was bij het verlaten van het toestel in brand geraakt en hij stortte neer in Duitsland bij Hervest, een stadsdeel van Dorsten. Hij was op slag dood.
Op 25 februari 1944 kreeg hij een graf op de gemeentelijke begraafplaats van Hervest-Dorsten sectie 2, graf 233. Op 10 juli 1945 werd het stoffelijk overschot overgebracht naar het Ardennes American Cemetery te Neupré in België. Zonder bemanning vloog het toestel door. In de omgeving van het vliegveld Venlo werd de B-17 geramd door de Messerschmitt Me 109G-6 van Gefreiter Rudolf Pintsch van de 11e Staffel van JG 3 (zie no. 12). Bijna vertikaal dook Pintsch op de bommenwerper en boorde zich in de rechtervleugel. Daarop stortte de kreupele machine om 13.40 uur neer bij Oostrum, op 30 m achter de boerderij van Gilbertus Hubertus Moorrees bij het gehucht Halfweg (Venray, Lull C.51). Een beginnende brand in de schuur, die ontstond doordat een brandend wrakstuk door het dak sloeg, kon door de eigenaar en omwonenden worden geblust. Meerdere boerderijen in de directe omgeving liepen bij deze crash schade op. In de ruime omgeving van het inslagpunt lagen brokstukken die deels nog brandden.
B-17G-1 van het 547 Bomb Squadron, 384 Bomb Group.
Contrails van een B-17 formatie van de 384 Bomb Group.
De bemanning bestond uit:
*** Piloot 2nd Lieutenant Raymond L. MacDonald
*** 2e piloot 2nd Lieutenant Paul M. Smith
*** navigator 2nd Lieutenant William J. Kontur
*** bomrichter 2nd Lieutenant George H. Bean
*** marconist Technical Sergeant Anthony J. Franzo
*** boordwerktuigkundige Technical Sergeant Lee C. Pierce
*** buikschutter Staff Sergeant Richard H. Egger
*** staartschutter Staff Sergeant Robert R. Egger
*** linkerzijschutter Staff Sergeant Daniel Gabriel
*** rechterzijschutter Staff Sergeant Rufus T. Odom.
McDonald verbleef in het krijgsgevangenenkamp Stalag 2B Hammerstein; Kontur verbleef in Stalag I. Het wrak van de B-17 werd na bijna twee weken opgehaald door de Duitsers en de wrakdelen werden via het station van Oostrum afgevoerd.
Bron: Vliegtuigcrashes en noodlandingen 1940-1945 Gemeente Venray (Auteur: Ruud Wildekamp)
"Lest we forget"
'1940 -1945'
"Opdat wij niet vergeten"
Geplaatst met toestemming van de Gemeente Venray en medewerking van de
Werkgroep Vliegtuigcrashes en Noodlandingen WO II Gemeente Venray.
|