Vaart
Het kanaal kennen we nu als: de Verlengde Hoogeveensche Vaart.
In Zuidoost Drenthe was ook veel hoogveen, dat werd afgegraven ten behoeve
van de economie in het westen van het Land.
Het was de energiebron in die periode! De turf werd toen meestal per
schuit vervoerd en daarom werd het kanaal verlengd richting Duitse grens.
Het werk werd indertijd verricht door mensen, die met de schop en kruiwagen dit
zeer zware werk moesten doen.
Toen het kanaal in de zeventiger jaren van die 19e eeuw gereed was, was
het een drukte van jewelste op de Vaart. De schuiten uit die tijd voeren
zeilen of werden getrokken door de scheepsjagers met hun paarden.
Die paarden en hun 'baas' liepen op een pad in de onderwal en dat werd
dan ook het 'jaagpad' genoemd. Bij Geesbrug zijn die jaagpaden nog goed te
herkennen.